Het Higgs-deeltje zou inmiddels het einde van het heelal hebben kunnen betekenen – dit is waarom we er nog steeds zijn

Het heelal bestaat inmiddels al zo’n 503.700.000.000 dagen, zeg 13,8 miljard jaar. Tuur je het heelal in dat lijkt alles stabiel te zijn, behalve dat er op kleinere schaal van alles evolueert, explodeert, implodeert en aan z’n einde komt. Toch zou het zo kunnen zijn dat die stabiliteit van het heelal schijn is, dat we in een soort van kritieke fase zitten en dat heeft alles te maken met het Higgs veld en met de manifestatie daarvan, het bekende Higgs-deeltje. Ik heb er eerder al over geblogd – zie deze en deze blogs onder andere – en het komt er op neer dat we theoretisch een metastabiel in plaats van een stabiel heelal hebben, dat wil zeggen dat het vacuüm niet stabiel in z’n grondstaat zit – z’n echte vacuüm – maar in een lokaal minimum, een staat met een iets hogere energie dan de grondstaat (zie afbeelding hierboven). In die toestand van metastabiliteit zou het heelal al snel na de oerknal terecht zijn gekomen.

Zou het Higgsveld door de één of andere oorzaak toch in een lagere energietoestand belanden dan zou dat konsekwenties hebben voor de natuurwetten ter plekke. De massa van het elektron zou bijvoorbeeld anders worden en zijn interactie met protonen en neutronen zou ook anders worden. Die veranderde toestand zou in bellen groeien, een faseovergang die vergelijkbaar is met bijvoorbeeld water dat verandert in ijs. Zou zo’n uitdijende bel de aarde bereiken dan is het gedaan, de heersende fysica wordt totaal anders en het heelal zoals we dat kennen is er dan niet meer.

Lees verder op: Astroblogs

49
Deel dit artikel