Opnamen van de Webb-ruimtetelescoop tonen dat sterrenstelsels in het vroege heelal vaak plat en langwerpig zijn, zoals surfplanken en zwemnoedels, en maar zelden rond, zoals volleyballen of frisbees. Dat is opvallend, want dichter bij huis zijn zulke vormen zeldzaam.
De onderzoekers hebben zich, in het kader van de zogeheten Cosmic Evolution Early Release Science Survey (CEERS), gebogen over een reeks nabij-infraroodopnamen van Webb, die een groot hemelgebied bestrijken. Daar hebben ze sterrenstelsels uitgepikt die bestonden toen het heelal naar schatting 600 miljoen tot 6 miljard jaar oud was.
De ‘volleyballen’, oftewel bolvormige sterrenstelsels, lijken het meest compacte type en werden het minst vaak gezien. De ‘frisbees’ bleken even groot te zijn als de verre surfplank- en zwemnoedelvormige sterrenstelsels, maar komen in het nabije heelal vaker voor.
Lees verder op: EOS Wetenschap